Terug

Juridische zaken: overbruggingsregeling AOW

Vanaf 1 januari van dit jaar is de AOW-leeftijd verhoogd met een maand. Het is de bedoeling dat mensen doorwerken totdat zij de AOW-leeftijd bereiken. Voor een aantal mensen is dat niet mogelijk. Zij zijn in het verleden met VUT, prepensioen, overbruggingsregeling of functioneel leeftijdsontslag gegaan.

Hun VUT of prepensioen kan stoppen als zij 65 worden. Door de geleidelijke verhoging van de AOW hebben deze mensen een of meerdere maanden minder inkomen en dat zorgt vooral bij mensen met een laag inkomen voor problemen.

Om een deel van deze groep tegemoet te komen wordt voorzien in een overbruggingsregeling. Deze uitkering biedt compensatie voor inkomensverlies door het verhogen van de AOW-leeftijd.

De regeling geldt voor mensen met een laag inkomen die zich niet hebben kunnen voorbereiden op de hogere AOW-leeftijd en waarvan de VUT of het prepensioen nu al is ingaan.

Onder de definitie van een VUT of prepensioenuitkering vallen de volgende regelingen: VUT-regeling, prepensioenregeling, overbruggingspensioen en regelingen op basis van het functioneel leeftijdsontslag (FLO regelingen) .

Daarnaast komen ook de volgende groepen in aanmerking voor overbrugging

 1.    (voormalige) zelfstandigen met een private arbeidsongeschiktheidsverzekering

 2.    Mensen met een private Anw-hiaatverzekering of -pensioen

 3.    Mensen met een private WIA/WGA-verzekering

 4.    Mensen met een lijfrente

 5.    Mensen met een levensloopuitkering.

Er gaat een inkomensgrens gelden van 150 % van het wettelijk bruto minimumloon. Van mensen boven die grens wordt verwacht dat zij financiële reserves hebben kunnen opbouwen om het inkomensverlies mee te overbruggen. Daarnaast geldt een vermogenstoets. Deze is exclusief eigen woning en pensioenvermogen.

De regeling gaat een uitkering op minimumniveau bieden. Dit betekent onder meer dat ander inkomen, zoals aanvullende pensioenen, in mindering gebracht worden op deze uitkering. Ook wordt de uitkering niet hoger dan de voorziening die de mensen zelf hadden getroffen tot hun pensioen.  Bij inkomen uit arbeid wordt een deel vrijgelaten, zodat het aantrekkelijk is om  te blijven werken.

DE VERENIGING VAN LABORATORIUMHOUDENDE TANDTECHNICI (VLHT) IS IN 1932 GOEDGEKEURD BIJ KONINKLIJK BESLUIT EN HEEFT TOT DOEL HET BEVORDEREN VAN DE PROFESSIONELE BELANGEN VAN DE ONDERNEMINGEN IN DE TANDTECHNISCHE BRANCHE IN NEDERLAND IN HET ALGEMEEN EN VAN DE LEDEN VAN DE VERENIGING IN HET BIJZONDER.
2024 © 100 Merkversterking. Alle rechten voorbehouden.