Tandartsen over Tandtechnische laboratoria
Bron: Nederlands Tandartsenblad nr 14, NMT onderzoek & informatievoorziening Tandartsen over tandtechnische laboratoria Tandartsen doen gemiddeld zaken met 2,2 tandtechnische laboratoria. Bij de beoordeling van de dienstverlening daarvan hechten tandartsen met name veel belang aan de kwaliteit van de werkstukken, de bereidheid tot overleg en het nakomen van afspraken. De meerderheid is voorstander van een kwaliteitscontrolesysteem voor laboratoria.
Bron: Nederlands Tandartsenblad nr 14, NMT onderzoek & informatievoorziening Tandartsen over tandtechnische laboratoria Tandartsen doen gemiddeld zaken met 2,2 tandtechnische laboratoria. Bij de beoordeling van de dienstverlening daarvan hechten tandartsen met name veel belang aan de kwaliteit van de werkstukken, de bereidheid tot overleg en het nakomen van afspraken. De meerderheid is voorstander van een kwaliteitscontrolesysteem voor laboratoria. Bij de verlenging van zorg aan hun pati?nten werken tandartsen samen met tandtechnische laboratoria. Het gaat daarbij onder meer om behandelingen met betrekking tot kroon- en brugwerk en gebitsprothesen. De wereld van de tandtechniek staat bepaald niet stil. Technologische vernieuwingen en groeiende aandacht voor kwaliteitswaarborgen vinden ook hier plaats en kunnen van invloed zijn op de praktijkvoering van tandartsen. In de omnibus-webenquete van najaar 2009 is op dit onderwerp ingegaan door tandartsen te bevragen over hun samenwerking met tandtechnische laboratoria. Voor dit onderzoek zijn in totaal 1.400 tandartsen per e-mail benaderd met het verzoek op internet een elektronische vragenlijst in te vullen. In totaal 455 van hen hebben dat ook gedaan, wat neerkomt op een respons van 33%. Praktisch alle (99%) tandartsen doen zaken met een of meer tandtechnische laboratoria. Bij 62% een of twee laboratoria en bij 37% drie of meer. In 2003 was dit respectievelijk 74% en 26%. Gemiddeld gaat het om 2,2 laboratoria, praktisch evenveel als in 2003 toen het om 2,1 laboratoria ging. De samenwerkingsrelatie bestaat doorgaans al vrij lang. Slechts 13% van de ondervraagde tandartsen is in het afgelopen jaar gewisseld van laboratorium, waarbij als belangrijkste reden werd genoemd de kwaliteit van de werkstukken. In 2003 had 24% in de voorgaande twee jaar overwogen om de samenwerking met een laboratorium te verbreken, veelal ook vanwege de kwaliteit van de werkstukken. De NMT-praktijkrichtlijn Samenwerking tandarts-tandtechnicus wordt door 28% van de ondervraagden gebruikt. De meeste anderen (69%) geven echter aan de richtlijn in het geheel niet te kennen. Een aantal aspecten van de dienstverlening van tandtechnische laboratoria wordt door alle tandartsen (zeer) belangrijk geacht. Het gaat dan om de esthetiek van de werkstukken, de occlusie en articulatie en de pasvorm ervan en verder om de bereidheid tot overleg en het nakomen van afspraken. De nazorg, de garantie en het materiaalgebruik van de werkstukken worden door veruit de meeste ondervraagden als (zeer) belangrijke beoordelingsaspecten gezien. Wat minder tandartsen, maar nog steeds een ruime meerderheid, hechten (zeer) veel waarde aan de informatievoorziening, de prijs-kwaliteitverhouding, de gebruikte methoden en technieken en de leveringstermijn. In de vergelijking met 2003 valt op dat meer tandartsen sterk zijn gaan letten op de informatievoorziening, de prijs-kwaliteitverhouding, de garantie en de nazorg. Tandartsen zijn over het algemeen tevreden over de tandtechnische laboratoria waarmee zij een, vaak al vrij lange, samenwerkingsrelatie hebben. Hun oordeel over de dienstverlening van een laboratorium bepalen zij vooral op esthetische en functionele kwaliteit van de geleverde werkstukken, ofschoon met name zaken als informatievoorziening en prijs-kwaliteitverhouding de laatste jaren in toenemende mate van belang worden geacht.